Een eeuw geleden waren mensen van zestig stokoud. Nu kopen mensen van zestig eindelijk de Harley Davidson waar ze van droomden toen ze zestien waren en maken een rondrit door Europa. Gemiddeld worden we steeds ouder en blijven ook langer gezond. Waar liggen de grenzen? Worden we zeventig, vijfenzeventig? Een artikel in het wetenschappelijke tijdschrift Science suggereert dat we consequent de levensverwachting onderschatten (Science 2002;296:1029). Dat heeft een aantal gevolgen voor de goede planning van pensioenen en gezondheidszorg.
Sinds 1840 is de gemiddelde levensverwachting bij de geboorte met veertig jaar toegenomen. Een groeiende welstand, betere voeding, goede preventieve gezondheidszorg en ook technologische medische vooruitgang hebben ervoor gezorgd dat we ouder en ouder worden. Het komt er op neer dat we steeds beter in staat zijn ervoor te zorgen dat mensen hun uiteindelijke leeftijd zullen bereiken. Vrouwen worden in het algemeen wat ouder dan mannen, maar de vooruitzichten van beiden worden steeds beter. Vrouwen in Japan en in iets mindere mate ook vrouwen in Frankrijk en Zwitserland hebben momenteel een kans van 1 op 20 om 100 jaar oud te worden. Er is geen reden om aan te nemen dat daarmee de grens is bereikt. Het kan in de toekomst nog ouder. De cijfers van de afgelopen 160 jaar geven geen aanleiding te geloven dat het minder wordt.
Toch gaan planners van veel conservatievere schattingen uit. De schrijvers van het artikel in Science spreken zelfs van een �samenzwering� tegen het realistisch onder ogen zien van het probleem van de ouder wordende bevolking. Het betekent niet alleen dat oudere mensen nog lang hun pensioen mogen ontvangen (en dat moet natuurlijk ook wel opgebracht worden), maar ook dat er meer mensen met heupbreuken door osteoporose zullen zijn, dat er meer verpleeghuizen nodig zijn voor de opvang van mensen met de ziekte van Alzheimer en dat ook een aantal andere chronische ouderdomsziekten vaker zullen optreden. Daar is voldoende gezondheidszorg voor nodig en er zullen dan ook meer geneesmiddelen worden geslikt, gespoten, gesnoven en gesmeerd. Wetende dat het juist ouderen zijn die ze gaan gebruiken blijft het verbazen dat we zo weinig weten van de effecten van geneesmiddelen bij ouderen. Er is dus ook veel meer onderzoek nodig naar gevolgen van medicijnen bij ouderen.